I
Als prinsesjes
prinsessen worden
blijken mooie mannen
allerminst
koene ridders,
slechts schildknapen
die aan schandpalen
genageld moeten worden
omdat ze allemaal
oplichters zijn,
makers van schone schijn,
vertellers van sprookjes,
welke in de verste verte
geen moraal bevatten.
II
Als prinsesjes
prinsessen worden
blijken grote mannen
nog altijd
kleine kinderen,
slechts verwende knapen
die zich maar wat graag
in de meest vreemde nesten
willen werken om maar
opvallend te zijn,
goedpraters van zielenpijn,
verhaaltjes voor het slapen gaan,
waarvan bekend is dat dromen
nooit werkelijkheden gaan zijn.
III
Als prinsesjes
prinsessen worden
moeten grootse plannen
gewoon passen
in opgepoetste kinderschoenen
voor de babystapjes,
die bij de goede moed past
waarmee ze adem inhouden als
het leven ze overkomt,
alsof ze gemaakt zijn
om prinsessen te zijn
voor prinsen die niet bestaan,
waarvan bekend is ze hooguit man
zoekt vrouw worden om gelukkig te zijn.
M.S.
dinsdag 3 maart 2015
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten